Mamfe
Door: Mirte
Blijf op de hoogte en volg Mirte
17 Juli 2007 | Kameroen, Buéa
Mamfe, here we come!! Na twee teleurstellingen en wat scheve gezichten
gebeurde het dan toch echt: we stapten op donderdagochtend om half elf
(in plaats van de geplande half negen, best op tijd, toch?) in de auto
om naar Mamfe te rijden. De trip zou ongeveer zes tot acht uur duren -
best een tijdje - en we waren al voorbereid op een hobbelige, moeizame
weg.
Ons eerste avontuur begon eerder dan de meesten van ons hadden
verwacht: bij de benzine"pomp". Om kosten te besparen gingen we
illegaal benzine halen, dat wil zeggen, de benzine kwam uit flessen in
iemands achtertuintje. Slim, handig, prima, maar wel een heel
bijzondere techniek: de bus moest behoorlijk scheef (ongeveer 45
graden met de weg) staan om ervoor te kunnen zorgen dat de benzine in
de tank kon stromen - met ons erin. Na een kwartier in deze
ongemakkelijke positie (waarin we verwachtten elk moment te kunnen
omkiepen, zeker toen ze de bus gingen schudden om de luchtbelletjes
uit de tank te verwijderen), hadden we niet verwacht binnen 24 uur in
kleinere hoeken met de weg te belanden - maar niets was minder waar...
Enfin, na de tankbeurt begon de bestorming van wat op een
kilometerslange keiharde gatenkaas leek: de (geasfalteerde) weg zat
vol gaten en kuilen. Ik gebruikte opzettelijk het woord "bestormen",
want denk maar niet dat het nodig is om rustig aan te doen op de
stukken waar je niet in een kuil terechtkomt... ook al ga je op een
letterlijke haar na langs busjes, motoren en zelfs fietsers. Want je
moet je wel voorstellen dat om al die kuilen te kunnen ontwijken, je natuurlijk wel kriskras over de weg moet zwabberen... Vanaf dit moment beloof ik plechtig dat ik niet meer zal twijfelen aan de beschrijvende capaciteiten van de auteur van mijn reisgids (ik dacht dat hij hevig overdreef met zijn verhaal over de weg naar Mamfe) en ik besloot ook ter plekke dat Mark en ik zeker weten met de fiets gaan reizen in november... 't zal niet veel schelen met de reistijd voor de auto :D Drie
en een half uur en een gewisselde band later kwamen we aan in Kumba,
waar we de lunch ons goed hebben laten smaken. De 4 wheel drive kwam
nog vast te zitten in de goot. Je moet je voorstellen dat de goten
hier zo'n 50-70 cm diep zijn, en zo'n 40-50 cm breed, kun je echt wel
lekker in vast zitten! Ze reden over een plankje, en dat begaf
het...gelukkig was het de minibus niet, dat zou wel een probleem
geweest zijn! (er zijn foto's van, maar die heb ik nog niet). Verder
hebben we Kumba goed overleefd.
Even later begonnen we aan deel twee van de reis, de beruchte weg van
Kumba naar Mamfe. Het begin was een buitengewone opluchting: de weg
was slecht, maar wel egaal slecht, dus het was minder horten en stoten
dan het eerste stuk naar Kumba. Was best lekker: hobbeldebobbel met
muziekje erbij (OK, je hoorde niet zo heel veel muziek door het
gerammel, maar je rijdt ook over een maanlandschap dus wat wil je),
raampie open, prima allemaal. De reden dat de weg zo berucht is werd
helaas spoedig duidelijk toen het begon te regenen: de mooie, gladde
weg-met-wel-wat-kuilen was van klei, en veranderde in een
kilometerslange glijbaan toen het nat werd.
De eerste keer dat we dwars op de weg kwamen te staan (ja, dat zou
vaker gaan gebeuren) gleden we tijdens onze poging om weer terug de
weg op te komen naar de zijkant van de weg, de bushbush in. Gelukkig
was er geen diep ravijn ofzo, maar ik verzeker je dat we uitgebreid
hebben getest hoe ver een minibusje kan kantelen voordat het omvalt
(gelukkig kwam het (net) niet zo ver...). Het antwoord is, best ver -
en ook best eng. Met enige moeite wisten we uit de bus te komen, en
werd vervolgens de Hilux ook de bushbush in geslingerd toen die
probeerde de minibus uit de glibber te krijgen. Toen was er nog
slechts een auto over: als die de modder in ging, moesten we in de rimboe overnachten... Gelukkig wist de sterke 4WD de Hilux weg te slepen (met veel moeite, dat wel), en konden we vervolgens de minibus ook nog uit het slik trekken! Na luid applaus voor alle duwers (wij mochten als vrijwilligers niet meehelpen (gelukkig), omdat het heel gevaarlijk is om op zo'n glibberige helling achter een auto die elk moment achteruit kan glijden te aan staan duwen), klommen we - doorweekt en wel, maar dat maakte ECHT niet uit op dat moment - weer terug in de auto. Nog geen tien minuten later zaten we alweer vast, ditmaal door toedoen van een ongeveer halve meter diepe kuil (ik overdrijf niet!), waardoor de bus, onder het gewicht van de 15 koppige bemanning, natuurlijk weer de zwaartekracht behoorlijk te verduren kreeg (lees: scheef, heel erg scheef). Kortom, wij er weer uit, bus uit de kuil getrokken, wij er terug in, weer verder rijden.
Dit ritueel herhaalde zich een keer of zes, met de meest angstaanjagende momenten er tussendoor en op het moment dat we de kuilen naderden. Het scenario was meestal ongeveer als volgt: we racen op ongeveer een halve meter afstand van de voorgaande auto over een soort glijbaan, tot we bij een kuil komen. Daar aangekomen remmen we (op de Afrikaanse manier, hoe dat is mag je zelf een voorstelling bij maken) en John (de chauffeur) stapt uit de auto, bekijkt hoe diep de kuil is - ik vroeg me na de vierde keer echt af waarom, omdat hoe diep de kuil ook was, ze ons toch dwongen te blijven zitten, stapt terug in de auto en stormt met een rotvaart de kuil in, waarna we goed vast komen te zitten en we na een hoop benzine te hebben vergoten ons buiten uit kunnen deuken. Daar kijken we (onder het genot van muggenbeten) toe hoe de minibus met bijzonder veel geweld uit de kuil geragt wordt: eerst op eigen kracht, en na een keer of vijf proberen ze het met de andere auto. We hebben meerdere malen gevreesd dat de minibus achter moest gaan blijven omdat hij ZO beschadigd moest zijn door al het sjorren, trekken en vastzitten.
Enfin, aan het eind van de rit konden we ons een behoorlijke voorstelling maken van...
... hoe een ski zich moet voelen als hij aan je voet van een helling afraced;
... hoe het is om een sardientje te zijn;
... hoe voedsel zich moet voelen in de mixer;
... hoe men hier opziet tegen reizen naar Mamfe;
... hoe het is om te offroaden in een minibus;
... en hoe het moet zijn om op volle snelheid een muur te ontmoeten.
Al met al kan ik jullie mededelen dat het een zeer interessante autoreis was, die maar liefst 13,5 uur geduurd heeft. Toch moet ik ook even opmerken dat mevrouw Standje-ongeduld (ik dus) degene was die er het meest relaxt onder is gebleven - misschien word ik ooit nog eens een echte Afrikaanse!
Mamfe zelf was zeer de moeite waard - zeker na een heeeeeerlijke nacht in het hotel (het bed was niet geweldig, maar dat maakt echt niets uit na 13,5 uur shaky-shaky). Hoewel Mamfe over het algemeen als "minder ontwikkeld" wordt beschreven in vergelijking met Buea, is de opbouw van de stad een stuk aangenamer, ruimer, en naar mijn idee ook ontwikkelder. Bovendien is het honderd keer zo schoon als in Buea! Ik heb er geen squatter (sloppenhuisjes) gezien, alleen kleien hutjes, maar ik stel me zo voor dat die een stuk beter zijn dan de vieze plastic/houten/kartonnen schuurtjes die hier dienst doen als woning...
We zijn naar de "German Bridge" geweest - een hele oude hangbrug uit de tijd van de Duitsers, die voor sommigen te eng bleek te zijn om over te steken, maar oh zo mooi! Je staat namelijk zo'n tien a twintig meter boven het water oppervlak, boven een prachtige, brede rivier die midden door een jungle-achtige omgeving stroomt. Ik had er wel de hele dag willen blijven zitten! (in Buea is geen grote rivier dichtbij aanwezig). Vervolgens zijn we nog naar een andere brug geweest, stukken moderner, maar toch leuk om wat te zien, en vervolgens gingen we een drankje doen om een beetje te bekomen van de hitte.
De middag was vrij, maar omdat we de volgende dag verwacht werden voor een vriendschappelijke voetbalwedstrijd tegen het team van Besongabang was er een trainingssessie georganiseerd voor diegenen die zin en puf hadden om te gaan. Uiteindelijk bleken Kristin en ik de enige diehearts - heel stoer natuurlijk, maar het had een beetje een jammer effect aangezien we dus zo'n beetje 1 op 1 training kregen... Kristin bleek op voetbal te hebben gezeten, dus dat maakte het er allemaal niet beter op: na vijf pogingen tot een doelschop die allemaal resulteerden in een schot dat minstens 1.5, maar meestal meer richting de 3 meter van het doel verwijderd was, gaf de trainer het op met mij (misschien ook wel omdat ik een keer compleet miste?). Het mooiste was natuurlijk nog wel het publiek van Afrikaanse mannen die echt niet meer bij kwamen van het lachen... Zucht! Na een eveneens vrij onsuccesvolle serie corner schoppen, pass- en balletje-tik-en-jij-gaat-verder oefeningen was het commentaar: "You're not a football player". That much I knew :)
Toen we bezweet en wel (want natuurlijk deed ik wel mn best, 30 graden of niet) weer terugkwamen bij het hotel, waren we hevig toe aan een douche. "Kristin, where's the key?" - "OH NO!". Takor (spreek uit: Taco) was net weggereden, MET de sleutels van onze kamer in zijn zak. Hij komt oorspronkelijk uit Besongabang, dus we vermoedden dat hij daar ook wel zou verblijven... maar we wisten het niet zeker. Tja, die sleutel moesten we toch echt hebben, dus dat werd joggen. Veertig minuten en een goed aantal meters stijging later kwamen we aan in Besongabang, waar we door te vragen naar "Takor uit Buea" wonderbaarlijk genoeg bij zijn huis aankwamen - en hem nog thuis troffen ook (don't try this at home). De aanblik van zijn verblufde gezicht was briljant :D We kregen een ritje terug naar het hotel, en genoooooten van onze douche (het water was nog aan!).
Die avond gingen we na ons avondeten naar de 'nachtclub' van Mamfe. Ook dit was een hele belevenis, voornamelijk omdat de verkiezingen voor burgemeester op komst zijn, en daar hevig propaganda voor wordt gevoerd. UAC is bezig met het aanleggen van een "Peace Garden" in Mamfe, voor het Community Sports for Development Project. Daar is de lokale gemeenschap heel blij mee, en de partij van de meest-waarschijnlijk-nieuwe burgemeester heeft een kleine som bijgedragen aan de bouw van het project - en hij is er geliefd om. Omdat hij zo blij is met ons als vrijwilligers (en omdat het vrienden zijn met blanken status oplevert), die "ons eigen land hebben verlaten om anderen te helpen" (blabla), nam hij niet alleen de rekening op zich, maar werd door de band ook een volledig lied gewijd aan "UAC-ABC", waarbij ABC de initialen zijn van de te verkiezen burgemeester. De manier van propaganda voeren was indrukwekkend en tegelijkertijd hilarisch als je luisterde naar het lied dat ter ere van ABC en UAC werd gecomponeerd. Tel daarbij op dat de elektriciteit elke vijf minuten een keer uitviel, waardoor de elektrische gitaren en microfoon uitvielen, maar de drum onverstoorbaar verder ging en de meest enthousiaste solo's maakte, onder begeleiding van een klappende en met de vingers klikkende menigte - en je hebt een klein beeld van de bizarre avond. De nachtclub zelf (dit was alleen nog maar voor de ingang van de nachtclub) was ook een verhaal op zich: een oerlege ruimte met keiharde muziek en een enkele local die zichzelf bewonderend in een van de tientallen spiegels stond te dansen... very interesting :)
Na een korte nacht gingen we op weg naar Etoko, het dorp waar Brendan, Jess en Lauren de komende twee weken aan het werk zijn. Het blijft een bijzondere, indrukwekkende ervaring elke keer dat het gebeurt: al die kleine kinderen met hun mooie grote ogen die op je af stormen en die tientallen piepkleine handjes (de kinderen zullen een jaar of 3-6 geweest zijn) die allemaal aan jouw arm hangen. Het verbaasd me elke keer weer hoe welkom wij als blanken zijn, en hoe blij kinderen zijn om ons te zien: "White man! White man!"... je zou zeggen dat hun ouders hun ook zouden kunnen leren ons te haten omdat wij zoveel meer hebben dan zij, maar niets is minder waar. De locals geven je een hand, met de woorden "you are welcome" - je bent welkom in mijn land. Ik durf ze niet te vertellen hoe het in Nederland zou zijn voor hen, en het vervult me met schaamte over onze cultuur en diepe bewondering voor de hartelijkheid van deze mensen. Na een maaltijd, waar ieder van ons achteraf ziek van is geworden, maar toch (porcupine, ik kan het juiste woord in NL even niet vinden... stekelvarken?) vertrokken we weer en was het tijd voor voetbal. Het commentaar achteraf: "You've tried" ... :D
De weg terug naar Buea was, in tegenstelling tot de heenweg, slechts 8,5 uur en omdat we a) overdag reden, en b) een andere route namen, kwamen we door de meest overweldigende jungle en was de reis voor het grootste deel genieten van de ontzagwekkend mooie omgeving. Bovendien was de weg niet half zo slecht als de weg die we heen genomen hadden, en regende het niet. Prima dus! Terug in Buea voelt het toch als "thuis" komen - eigen bed, eigen douche, weer terug aan het werk.
gebeurde het dan toch echt: we stapten op donderdagochtend om half elf
(in plaats van de geplande half negen, best op tijd, toch?) in de auto
om naar Mamfe te rijden. De trip zou ongeveer zes tot acht uur duren -
best een tijdje - en we waren al voorbereid op een hobbelige, moeizame
weg.
Ons eerste avontuur begon eerder dan de meesten van ons hadden
verwacht: bij de benzine"pomp". Om kosten te besparen gingen we
illegaal benzine halen, dat wil zeggen, de benzine kwam uit flessen in
iemands achtertuintje. Slim, handig, prima, maar wel een heel
bijzondere techniek: de bus moest behoorlijk scheef (ongeveer 45
graden met de weg) staan om ervoor te kunnen zorgen dat de benzine in
de tank kon stromen - met ons erin. Na een kwartier in deze
ongemakkelijke positie (waarin we verwachtten elk moment te kunnen
omkiepen, zeker toen ze de bus gingen schudden om de luchtbelletjes
uit de tank te verwijderen), hadden we niet verwacht binnen 24 uur in
kleinere hoeken met de weg te belanden - maar niets was minder waar...
Enfin, na de tankbeurt begon de bestorming van wat op een
kilometerslange keiharde gatenkaas leek: de (geasfalteerde) weg zat
vol gaten en kuilen. Ik gebruikte opzettelijk het woord "bestormen",
want denk maar niet dat het nodig is om rustig aan te doen op de
stukken waar je niet in een kuil terechtkomt... ook al ga je op een
letterlijke haar na langs busjes, motoren en zelfs fietsers. Want je
moet je wel voorstellen dat om al die kuilen te kunnen ontwijken, je natuurlijk wel kriskras over de weg moet zwabberen... Vanaf dit moment beloof ik plechtig dat ik niet meer zal twijfelen aan de beschrijvende capaciteiten van de auteur van mijn reisgids (ik dacht dat hij hevig overdreef met zijn verhaal over de weg naar Mamfe) en ik besloot ook ter plekke dat Mark en ik zeker weten met de fiets gaan reizen in november... 't zal niet veel schelen met de reistijd voor de auto :D Drie
en een half uur en een gewisselde band later kwamen we aan in Kumba,
waar we de lunch ons goed hebben laten smaken. De 4 wheel drive kwam
nog vast te zitten in de goot. Je moet je voorstellen dat de goten
hier zo'n 50-70 cm diep zijn, en zo'n 40-50 cm breed, kun je echt wel
lekker in vast zitten! Ze reden over een plankje, en dat begaf
het...gelukkig was het de minibus niet, dat zou wel een probleem
geweest zijn! (er zijn foto's van, maar die heb ik nog niet). Verder
hebben we Kumba goed overleefd.
Even later begonnen we aan deel twee van de reis, de beruchte weg van
Kumba naar Mamfe. Het begin was een buitengewone opluchting: de weg
was slecht, maar wel egaal slecht, dus het was minder horten en stoten
dan het eerste stuk naar Kumba. Was best lekker: hobbeldebobbel met
muziekje erbij (OK, je hoorde niet zo heel veel muziek door het
gerammel, maar je rijdt ook over een maanlandschap dus wat wil je),
raampie open, prima allemaal. De reden dat de weg zo berucht is werd
helaas spoedig duidelijk toen het begon te regenen: de mooie, gladde
weg-met-wel-wat-kuilen was van klei, en veranderde in een
kilometerslange glijbaan toen het nat werd.
De eerste keer dat we dwars op de weg kwamen te staan (ja, dat zou
vaker gaan gebeuren) gleden we tijdens onze poging om weer terug de
weg op te komen naar de zijkant van de weg, de bushbush in. Gelukkig
was er geen diep ravijn ofzo, maar ik verzeker je dat we uitgebreid
hebben getest hoe ver een minibusje kan kantelen voordat het omvalt
(gelukkig kwam het (net) niet zo ver...). Het antwoord is, best ver -
en ook best eng. Met enige moeite wisten we uit de bus te komen, en
werd vervolgens de Hilux ook de bushbush in geslingerd toen die
probeerde de minibus uit de glibber te krijgen. Toen was er nog
slechts een auto over: als die de modder in ging, moesten we in de rimboe overnachten... Gelukkig wist de sterke 4WD de Hilux weg te slepen (met veel moeite, dat wel), en konden we vervolgens de minibus ook nog uit het slik trekken! Na luid applaus voor alle duwers (wij mochten als vrijwilligers niet meehelpen (gelukkig), omdat het heel gevaarlijk is om op zo'n glibberige helling achter een auto die elk moment achteruit kan glijden te aan staan duwen), klommen we - doorweekt en wel, maar dat maakte ECHT niet uit op dat moment - weer terug in de auto. Nog geen tien minuten later zaten we alweer vast, ditmaal door toedoen van een ongeveer halve meter diepe kuil (ik overdrijf niet!), waardoor de bus, onder het gewicht van de 15 koppige bemanning, natuurlijk weer de zwaartekracht behoorlijk te verduren kreeg (lees: scheef, heel erg scheef). Kortom, wij er weer uit, bus uit de kuil getrokken, wij er terug in, weer verder rijden.
Dit ritueel herhaalde zich een keer of zes, met de meest angstaanjagende momenten er tussendoor en op het moment dat we de kuilen naderden. Het scenario was meestal ongeveer als volgt: we racen op ongeveer een halve meter afstand van de voorgaande auto over een soort glijbaan, tot we bij een kuil komen. Daar aangekomen remmen we (op de Afrikaanse manier, hoe dat is mag je zelf een voorstelling bij maken) en John (de chauffeur) stapt uit de auto, bekijkt hoe diep de kuil is - ik vroeg me na de vierde keer echt af waarom, omdat hoe diep de kuil ook was, ze ons toch dwongen te blijven zitten, stapt terug in de auto en stormt met een rotvaart de kuil in, waarna we goed vast komen te zitten en we na een hoop benzine te hebben vergoten ons buiten uit kunnen deuken. Daar kijken we (onder het genot van muggenbeten) toe hoe de minibus met bijzonder veel geweld uit de kuil geragt wordt: eerst op eigen kracht, en na een keer of vijf proberen ze het met de andere auto. We hebben meerdere malen gevreesd dat de minibus achter moest gaan blijven omdat hij ZO beschadigd moest zijn door al het sjorren, trekken en vastzitten.
Enfin, aan het eind van de rit konden we ons een behoorlijke voorstelling maken van...
... hoe een ski zich moet voelen als hij aan je voet van een helling afraced;
... hoe het is om een sardientje te zijn;
... hoe voedsel zich moet voelen in de mixer;
... hoe men hier opziet tegen reizen naar Mamfe;
... hoe het is om te offroaden in een minibus;
... en hoe het moet zijn om op volle snelheid een muur te ontmoeten.
Al met al kan ik jullie mededelen dat het een zeer interessante autoreis was, die maar liefst 13,5 uur geduurd heeft. Toch moet ik ook even opmerken dat mevrouw Standje-ongeduld (ik dus) degene was die er het meest relaxt onder is gebleven - misschien word ik ooit nog eens een echte Afrikaanse!
Mamfe zelf was zeer de moeite waard - zeker na een heeeeeerlijke nacht in het hotel (het bed was niet geweldig, maar dat maakt echt niets uit na 13,5 uur shaky-shaky). Hoewel Mamfe over het algemeen als "minder ontwikkeld" wordt beschreven in vergelijking met Buea, is de opbouw van de stad een stuk aangenamer, ruimer, en naar mijn idee ook ontwikkelder. Bovendien is het honderd keer zo schoon als in Buea! Ik heb er geen squatter (sloppenhuisjes) gezien, alleen kleien hutjes, maar ik stel me zo voor dat die een stuk beter zijn dan de vieze plastic/houten/kartonnen schuurtjes die hier dienst doen als woning...
We zijn naar de "German Bridge" geweest - een hele oude hangbrug uit de tijd van de Duitsers, die voor sommigen te eng bleek te zijn om over te steken, maar oh zo mooi! Je staat namelijk zo'n tien a twintig meter boven het water oppervlak, boven een prachtige, brede rivier die midden door een jungle-achtige omgeving stroomt. Ik had er wel de hele dag willen blijven zitten! (in Buea is geen grote rivier dichtbij aanwezig). Vervolgens zijn we nog naar een andere brug geweest, stukken moderner, maar toch leuk om wat te zien, en vervolgens gingen we een drankje doen om een beetje te bekomen van de hitte.
De middag was vrij, maar omdat we de volgende dag verwacht werden voor een vriendschappelijke voetbalwedstrijd tegen het team van Besongabang was er een trainingssessie georganiseerd voor diegenen die zin en puf hadden om te gaan. Uiteindelijk bleken Kristin en ik de enige diehearts - heel stoer natuurlijk, maar het had een beetje een jammer effect aangezien we dus zo'n beetje 1 op 1 training kregen... Kristin bleek op voetbal te hebben gezeten, dus dat maakte het er allemaal niet beter op: na vijf pogingen tot een doelschop die allemaal resulteerden in een schot dat minstens 1.5, maar meestal meer richting de 3 meter van het doel verwijderd was, gaf de trainer het op met mij (misschien ook wel omdat ik een keer compleet miste?). Het mooiste was natuurlijk nog wel het publiek van Afrikaanse mannen die echt niet meer bij kwamen van het lachen... Zucht! Na een eveneens vrij onsuccesvolle serie corner schoppen, pass- en balletje-tik-en-jij-gaat-verder oefeningen was het commentaar: "You're not a football player". That much I knew :)
Toen we bezweet en wel (want natuurlijk deed ik wel mn best, 30 graden of niet) weer terugkwamen bij het hotel, waren we hevig toe aan een douche. "Kristin, where's the key?" - "OH NO!". Takor (spreek uit: Taco) was net weggereden, MET de sleutels van onze kamer in zijn zak. Hij komt oorspronkelijk uit Besongabang, dus we vermoedden dat hij daar ook wel zou verblijven... maar we wisten het niet zeker. Tja, die sleutel moesten we toch echt hebben, dus dat werd joggen. Veertig minuten en een goed aantal meters stijging later kwamen we aan in Besongabang, waar we door te vragen naar "Takor uit Buea" wonderbaarlijk genoeg bij zijn huis aankwamen - en hem nog thuis troffen ook (don't try this at home). De aanblik van zijn verblufde gezicht was briljant :D We kregen een ritje terug naar het hotel, en genoooooten van onze douche (het water was nog aan!).
Die avond gingen we na ons avondeten naar de 'nachtclub' van Mamfe. Ook dit was een hele belevenis, voornamelijk omdat de verkiezingen voor burgemeester op komst zijn, en daar hevig propaganda voor wordt gevoerd. UAC is bezig met het aanleggen van een "Peace Garden" in Mamfe, voor het Community Sports for Development Project. Daar is de lokale gemeenschap heel blij mee, en de partij van de meest-waarschijnlijk-nieuwe burgemeester heeft een kleine som bijgedragen aan de bouw van het project - en hij is er geliefd om. Omdat hij zo blij is met ons als vrijwilligers (en omdat het vrienden zijn met blanken status oplevert), die "ons eigen land hebben verlaten om anderen te helpen" (blabla), nam hij niet alleen de rekening op zich, maar werd door de band ook een volledig lied gewijd aan "UAC-ABC", waarbij ABC de initialen zijn van de te verkiezen burgemeester. De manier van propaganda voeren was indrukwekkend en tegelijkertijd hilarisch als je luisterde naar het lied dat ter ere van ABC en UAC werd gecomponeerd. Tel daarbij op dat de elektriciteit elke vijf minuten een keer uitviel, waardoor de elektrische gitaren en microfoon uitvielen, maar de drum onverstoorbaar verder ging en de meest enthousiaste solo's maakte, onder begeleiding van een klappende en met de vingers klikkende menigte - en je hebt een klein beeld van de bizarre avond. De nachtclub zelf (dit was alleen nog maar voor de ingang van de nachtclub) was ook een verhaal op zich: een oerlege ruimte met keiharde muziek en een enkele local die zichzelf bewonderend in een van de tientallen spiegels stond te dansen... very interesting :)
Na een korte nacht gingen we op weg naar Etoko, het dorp waar Brendan, Jess en Lauren de komende twee weken aan het werk zijn. Het blijft een bijzondere, indrukwekkende ervaring elke keer dat het gebeurt: al die kleine kinderen met hun mooie grote ogen die op je af stormen en die tientallen piepkleine handjes (de kinderen zullen een jaar of 3-6 geweest zijn) die allemaal aan jouw arm hangen. Het verbaasd me elke keer weer hoe welkom wij als blanken zijn, en hoe blij kinderen zijn om ons te zien: "White man! White man!"... je zou zeggen dat hun ouders hun ook zouden kunnen leren ons te haten omdat wij zoveel meer hebben dan zij, maar niets is minder waar. De locals geven je een hand, met de woorden "you are welcome" - je bent welkom in mijn land. Ik durf ze niet te vertellen hoe het in Nederland zou zijn voor hen, en het vervult me met schaamte over onze cultuur en diepe bewondering voor de hartelijkheid van deze mensen. Na een maaltijd, waar ieder van ons achteraf ziek van is geworden, maar toch (porcupine, ik kan het juiste woord in NL even niet vinden... stekelvarken?) vertrokken we weer en was het tijd voor voetbal. Het commentaar achteraf: "You've tried" ... :D
De weg terug naar Buea was, in tegenstelling tot de heenweg, slechts 8,5 uur en omdat we a) overdag reden, en b) een andere route namen, kwamen we door de meest overweldigende jungle en was de reis voor het grootste deel genieten van de ontzagwekkend mooie omgeving. Bovendien was de weg niet half zo slecht als de weg die we heen genomen hadden, en regende het niet. Prima dus! Terug in Buea voelt het toch als "thuis" komen - eigen bed, eigen douche, weer terug aan het werk.
-
17 Juli 2007 - 21:36
Hedwig:
Hey! Ik heb echt hardop zitten lachen bij je verslag van de reis, als je er bij was was het vast minder leuk, maar je lijkt er monter onder te blijven! Ook dat gedoe met de burgemeester, grappig echt, sommige dingen doen me denken aan ervaringen in de bergen van Marokko maar dan in het kwadraatm dat was toch nog een stuk dichterbij blanke mensen en "civilisation". Maar ik kan me ook een busje herinneren waar we achterin zaten op bankjes, zonder ramen, en dan haarspeldbochten. Achteraf in ieder geval een fantastisch verhaal!
Ik zie uit naar je volgende post, ik leef echt met je mee!
H.
-
18 Juli 2007 - 03:41
Liesbeth:
Wat schrijf jij toch ontzettend leuk! Je gevoel voor humor laat je daar absoluut niet in de steek en zul je nogal eens nodig hebben!
Nog gefeliciteerd met je verjaardag, trouwens. 'k Sprak je moeder vorige week even, dus vandaar dat ik het wist.
God bless you,
groetjes he,
Liesbeth -
18 Juli 2007 - 07:34
Oma:
Ik ben er sprakeloosvan!!!!!!!!!!!
keep on going liefs oma -
18 Juli 2007 - 13:41
Sonja:
Ik had natuurlijk al een en ander gehoord, over je busreisje naar Mamfe, maar het is dan toch nog wel erg leuk om het te lezen. Als je nog een keer gaat, zou ik de terugwegroute nemen, of is dat veel te voor de hand liggend?
Komt er nog een foto met jou in je Afrikaanse jurk? -
28 Juli 2007 - 19:35
Ricky:
Hoi Mirte,
Wat spannend allemaal om jouw levenservaringen in Kameroen op internet te lezen en wat is de wereld klein om dat van achter je pc te volgen. Hoe lang zit je daar nog? Van harte gefeliciteerd met je verjaardag! De kaart ligt in Harderwijk!
Wij wensen jou een hele fijne tijd!
Ricky - Michiel - Jon - Anna.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley